- grond
- {{grond}}{{/term}}1 [aardoppervlak] ground ⇒ 〈land〉 land2 [stof waaruit het aardoppervlak bestaat] ground ⇒ 〈aarde〉 earth3 [vlak waarop men gaat] ground ⇒ 〈binnen〉 floor4 [bodem onder water] bottom5 [basis] ground ⇒ foundation, basis6 [diepste, onderste deel] bottom ⇒ 〈wezen, kern〉 essence♦voorbeelden:1 er zit een flink stuk grond bij het huis • the house has considerable groundseen stuk grond • a plot of landbraakliggende grond • waste land〈luchtvaart〉 aan de grond blijven • be groundedlaag bij de grond • 〈figuurlijk〉 commonplace, pedestrian, triteiets met de grond gelijk maken • raze something to the ground; 〈ook figuurlijk〉 demolish somethingiemand tegen de grond slaan • knock someone flattegen de grond gaan • fall down〈schertsend〉 een rij huizen uit de grond stampen • throw up a row of housesniet van de grond komen • 〈luchtvaart, ook figuurlijk〉 not get off the ground〈figuurlijk〉 zij heeft haar bedrijf van de grond af opgebouwd • she built up her firm up from scratch〈figuurlijk〉 iets van de grond krijgen • get something off the ground2 〈schertsend〉 een kunstenaar van de koude grond • a third-rate/would-be artist, an artist of sortsschrale/onvruchtbare grond • barren/poor soilvaste grond onder de voeten hebben • 〈ook figuurlijk〉 be on firm/solid groundgewijde grond • consecrated ground〈figuurlijk〉 een stuk de grond in schrijven • pull a work to piecesiemand nog verder de grond in trappen • kick someone when he's down3 de begane grond • the ground floor; 〈Amerikaans-Engels〉 the first floortoen de grond hem te heet onder de voeten werd • when things got too hot for him〈figuurlijk〉 iemand/iets de grond in prijzen • praise someone/something to the skiesals aan de grond genageld staan • be rooted to the spot〈figuurlijk〉 ik had wel door de grond kunnen gaan • I wanted the ground to open up and swallow medoor de grond (kunnen) gaan/zinken van schaamte • not know where to put oneself for embarrassmentop de grond zitten • sit on the ground/floor4 〈figuurlijk〉 iemands plannen de grond in boren • pull/tear someone's plans to pieces〈figuurlijk〉 iemand de grond in boren • crush someone; 〈(ernstig) bekritiseren〉 crucify someone, tear/pull someone to pieces/shreds〈figuurlijk〉 aan de grond zitten • 〈financieel〉 be on the rocks〈figuurlijk〉 finaal aan de grond zitten • 〈in het bijzonder financieel〉 be at rock-bottom〈scheepvaart〉 aan de grond lopen/raken • run agroundte gronde gaan • 〈figuurlijk〉 be ruined〈figuurlijk〉 iemand/iets te gronde richten • ruin someone/somethingzichzelf te gronde richten • dig one's own grave5 er zit een grond van waarheid in • there's an element of truth in itgoede grond hebben iets aan te nemen • have good grounds/reason for somethingop medische gronden • for medical reasons, on medical groundsgronden aanvoeren voor • advance arguments fordie bewering mist alle grond • that assertion is without (any) foundation/is groundlessop grond van zijn huidskleur • because of/on account of his colourop grond van artikel 26 • on the basis of/by virtue of section 26op grond waarvan • on the basis of whichop grond van het feit dat … • on the basis of/by reason of the fact that …6 in de grond van de zaak • at bottom, basicallydat komt uit de grond van zijn hart • that comes from the bottom of his heart
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.